Simon Cameron
Simon Cameron | ||||
---|---|---|---|---|
Simon Cameron
| ||||
Geboren | 8 maart 1799 Maytown, Pennsylvania | |||
Overleden | 26 juni 1889 Maytown, Pennsylvania | |||
Politieke partij | Whigs Republikein Democraat | |||
Partner | Margaret Brua Cameron | |||
Handtekening | ||||
Senator voor Pennsylvania | ||||
Aangetreden | 4 maart 1867 | |||
Einde termijn | 12 maart 1877 | |||
Voorganger | Edgar Cowan | |||
Opvolger | Donald Cameron
| |||
Aangetreden | 4 maart 1857 | |||
Einde termijn | 4 maart 1861 | |||
Voorganger | Richard Brodhead | |||
Opvolger | David Wilmot
| |||
Aangetreden | 10 maart 1845 | |||
Einde termijn | 4 maart 1849 | |||
Voorganger | James Buchanan | |||
Opvolger | James Cooper | |||
26e minister van Oorlog | ||||
Aangetreden | 4 maart 1861 | |||
Einde termijn | 14 januari 1862 | |||
Voorganger | Joseph Holt | |||
Opvolger | Edwin Stanton | |||
|
Simon Cameron (Maytown (Pennsylvania), 8 maart 1799 - idem, 26 juni 1889) was een Amerikaanse politicus en minister van Oorlog.
Cameron werd geboren in de staat Pennsylvania en werkte aanvankelijk als journalist in Harrisburg en Washington D.C.. In 1845 werd hij voor de Democratische Partij verkozen in de senaat, als opvolger van de latere president James Buchanan. In 1849 eindigde zijn termijn en keerde hij terug naar zijn thuisstaat. In 1856 stapte hij over naar de pas opgerichte Republikeinse Partij, waarvoor hij in 1857 opnieuw werd gekozen in de Senaat. Tijdens de nationale conventie van 1860 was hij tijdens de eerste stemronde kandidaat voor het presidentschap, maar zijn aanhangers stemden tijdens de tweede ronde op Abraham Lincoln in ruil voor een ministerschap voor hun Cameron.
Op 5 maart 1861 trad Cameron aan als de nieuwe minister van Oorlog amper enkele weken voor het uitbreken van de Amerikaanse Burgeroorlog. Cameron bleek niet in staat om zijn departement efficiënt te laten functioneren: corruptie bij de toewijzing van legercontracten bleek er wijd verspreid, terwijl de minister nauwelijks kennis had van militaire strategie. In mei 1862 benoemde Lincoln hem dan ook als de nieuwe ambassadeur in Rusland. Als minister werd Cameron opgevolgd door Edwin M. Stanton. Al in februari 1863 vroeg en kreeg Cameron ontslag en keerde hij terug naar zijn thuisstaat. In 1864 voerde hij campagne voor de herverkiezing van Lincoln en in 1867 werd hij voor de derde keer verkozen als senator. In 1868 stemde hij voor de afzetting van president Andrew Johnson. In 1876 benoemde president Ulysses S. Grant zijn zoon J. Donald Cameron tot minister van Oorlog. In 1877 nam Cameron ontslag uit de senaat, met zijn zoon als opvolger. Hij overleed in 1889 op zijn landgoed Donegal Springs net buiten Maytown.